Tribunaal

4 oktober 1946
Onderstaande tekst komt uit de nieuwe Brielsche courant van 4 oktober 1946
A. J. de Visser te Brielle werd beschuldigd van:
a. Sympathiserend lid van de NSB te zijn geweest, b. Vrijwillig Duitsche militairen geknipt en geschoren te hebben,
c. Vrijwillig te hebben gewerkt in de keuken van de Duitsche weermacht,
d. Begunstiger Germaansche SS en abonné van het blad .. Storm ” geweestte zijn,
e. Extra rantsoenen levensmiddelen ontvangen te hebben, f. Gesolliciteerd te hebben voor een betrekking bij de Landwacht Nederlanden geldelijk te hebben bijgedragen aan het bouwfonds Lunteren.

In een brief had de verdachte geschreven, dat hij zich aanmeldde als lid van de NSB:
„Voor ons aller welvaart en voor ons geliefd vaderland !!” Voorlopig moest ’t lidmaatschap nog geheim worden gehouden, maar als het er op aan kwam stond hij pal voor de beweging! 
De verdachte zeide, dat niet hij, maar zijn vrouw, die intussen is overleden, dezen brief had geschreven. Trouwens, er werden veel brieven door zijn vrouw geschreven en zij regelde verschillende zaken, waarvan hij niets of onvoldoende wist.

De voorzitter las nog een brief voor, gericht aan den burgemeester van
Brielle over kolenlevering . Deze eindigde met den uitroep : „Heil Hitler!”.
Deze uitroep was blijkbaar burgemeester van den Hof zelfs nog te gortig ,
want deze had er de opmerking opgezet : „is dit Nederlandsch ?” 

De verdachte wist zich maar weinig van een en ander te herinneren. Zijn
gezin verkeerde in moeilijkheden en hij zocht naar een positie bij de Landwacht.
De voorzitter: Vond u deze positie zoo stevig? 
Verdachte’s verweer was niet positief. Hij gaf zijn vrouw vaak de schuld en zei, nu veel spijt van een en ander te hebben. Het tribunaal wilde gaarne den verdachte in de gelegenheid stellen om zulks te tonen en stelde hem in vrijheid zonder dat hij daarom gevraagd had. 

Niet omdat het tribunaal hem niet schuldig oordeelde hem niet schuldig oordeelde maar omdat hij zijn straf wel heeft uitgediend. De uitspraak in deze zaak werd bepaald op Dinsdag 15 Oktober 1946

15 oktober 1946 
Tribunaal, Voorzitter mr. C.S. de Jong, leden A. van Nieuwenhuizen en
W.G. Trouw 
Uitspraak: In de zaak A.J. de Visser deed het tribunaal uitspraak en bepaalde dat de internering niet
langer zou duren dan tot 1 oktober 1946

Na de oorlog
A.J. de Visser verhuisde naar Nieuwenhoorn (Kouwenoordseweg) en op 10-10-1946 terug naar Nieuw Helvoet C 106 (later C 102), hetgeen overeenkomt met Rijksstraatweg 202 (in 1958 na zijn verhuizing reeds gesloopt).
Zijn vrouw verhuisde ambtshalve mee, maar zij was op dat moment al geruime tijd overleden. De overlijdensakte werd in 1949(!) in Nieuw-Helvoet opgesteld, waar zij dus officieel stond ingeschreven 

Onderzoek
Organisatie: Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR)
Nationaal Archief in Den Haag.
Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR).
Dossiers over
⦁ Arie Johannes de Visser, 29-12-1884*
⦁ Rol Magdalena van Eijk, 13-05-1891**
⦁ Joseph de Visser, 15-11-1916*
Dossiers gevonden bij CABR
** Geen dossiers gevonden

Reacties zijn gesloten.